Wilt u een werknemer ontslaan? Dan mag dat meestal alleen met een goede reden. Soms mag u de werknemer helemaal niet ontslaan. Er zijn ook situaties waarbij u juist geen reden nodig heeft. Uw werknemer mag zonder goede reden ontslag nemen.
Wat zijn geldige redenen voor ontslag?
In deze situaties mag u een werknemer ontslaan:
- U heeft een bedrijfseconomische reden. Zoals een reorganisatie, bedrijfsverhuizing, faillissement of (gedeeltelijke) bedrijfsbeëindiging. Dit kan een collectief ontslag zijn.
- Uw werknemer is 2 jaar of langer arbeidsongeschikt.
- Uw werknemer is vaak ziek en dit heeft ernstige gevolgen voor uw bedrijf. Een andere functie of aangepast werk is niet mogelijk.
- Uw werknemer functioneert onvoldoende. Hier moet u uw werknemer wel op wijzen, zodat hij de kans heeft om zijn functioneren te verbeteren.
- Uw werknemer laat verwijtbaar gedrag zien of laat verwijtbaar iets na. Zoals stelen, dronken op het werk komen, diploma’s vervalsen of werk weigeren zonder goede reden. Hiervoor mag u uw werknemer vaak zelfs op staande voet ontslaan.
- Uw werknemer heeft ernstige gewetensbezwaren tegen de werkzaamheden en u kunt geen ander werk bieden.
- Er is een verstoorde arbeidsrelatie die niet meer te herstellen is. Bijvoorbeeld door een arbeidsconflict.
- Er zijn andere omstandigheden. Bijvoorbeeld als uw werknemer illegaal in Nederland is of in de gevangenis zit.
- Uw werknemer functioneert niet om verschillende redenen. U kunt uw werknemer dan ontslaan op cumulatiegrond. Dit betekent dat het gaat om een combinatie van redenen. Voor bedrijfseconomische redenen of langdurig arbeidsongeschiktheid geldt dat niet.
Lees meer over de ontslagredenen en waar u rekening mee moet houden op Rijksoverheid.nl.
Extra vergoeding bij ontslag op cumulatiegrond
Beëindigt de kantonrechter de arbeidsovereenkomst volgens de cumulatiegrond? Dan kan hij sinds 1 januari 2020 naast de transitievergoeding een extra vergoeding toekennen. Deze extra vergoeding is maximaal 50% van de transitievergoeding.
Werknemer zonder reden ontslaan
U mag zonder reden ontslaan:
- als uw werknemer de AOW-leeftijd heeft bereikt of de pensioenleeftijd die in de cao of het arbeidscontract staat.
- als u uw werknemer tijdens zijn proeftijd ontslaat.
Wanneer mag u uw werknemer niet ontslaan?
U mag uw werknemer niet ontslaan:
- in de eerste twee jaar dat een werknemer ziek of arbeidsongeschikt is.
- als u tijdens de ziekte te weinig aan de re-integratie van uw werknemer heeft gedaan.
- tijdens een zwangerschap, het bevallingsverlof en de eerste 6 weken daarna.
- in de eerste 6 weken na arbeidsongeschiktheid door een zwangerschap of bevalling.
- omdat de werknemer ouderschapsverlof wil opnemen.
- als de werknemer lid is van de ondernemingsraad, vaste commissie van de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging.
- als de werknemer de dienstplicht moet vervullen in het land van herkomst.
- omdat uw werknemer lid is van een vakbond.
- omdat uw werknemer lid is van een politieke organisatie.
- op basis van godsdienst, ras, geslacht, leeftijd of handicap (discriminatie).
- als uw werknemer weigert op zondag te werken.
- als uw bedrijf wordt overgenomen.
Volg de ontslagprocedures
Gaat u uw werknemer ontslaan? Dan moet u zich aan de ontslagprocedures houden. Denk bijvoorbeeld aan de opzegtermijn. Welke route u volgt, kan verschillen. Het hangt er bijvoorbeeld van af of uw werknemer akkoord gaat met het ontslag.
Lees meer over ontslagprocedures.
Uw werknemer neemt zelf ontslag
Een werknemer hoeft geen reden te hebben om ontslag te nemen. Neemt uw werknemer zelf ontslag, dan hoeft u geen transitievergoeding te betalen. Vertrekt uw werknemer door ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van uzelf? En is hierdoor een verstoorde arbeidsverhouding ontstaan? Dan heeft uw werknemer wel recht op een transitievergoeding (ook wel ontslagvergoeding).